Or copy link
De leer van de uitverkiezing wordt vaak aan de reformator Calvijn gekoppeld en dat is terecht. Hij heeft grondig nagedacht en geschreven over het thema uitverkiezing. Het is Gods genade alleen dat er mensen zalig worden. De Reformatie heeft hier weer alle nadruk op gelegd. Je hebt vast weleens gehoord van de vijf sola’s van de Reformatie. Deze vijf Latijnse termen verwoorden de kern van de reformatorische leer:
In dit artikel wil ik kort een aantal punten uit de leer van Calvijn weergeven. Lukt het je om de vijf sola’s hierin terug te vinden?
Calvijn leert op basis van de Bijbel dat de mens geestelijk blind is (Joh. 1:5, 1 Kor. 2:14). Alleen door de verlichting van Gods Geest kunnen we geestelijke zaken begrijpen en Christus omhelzen (Joh. 1:13, Matth. 16:17, Joh. 3:27, Joh. 6:44-45) (Institutie 2.2.19-20).
In zijn Bijbelverklaring op Johannes 6:44 benadrukt Calvijn hetzelfde. Dat het Evangelie zonder onderscheid aan iedereen gepreekt moet worden, betekent niet dat iedereen het kan aannemen. Het geloof is niet een keuze van onze vrije wil, maar een gave van God. We komen alleen tot Jezus omdat God ons trekt (Joh. 6:44). Het is Gods vrije genade en niet afhankelijk van iets in ons. Dat benadrukt Calvijn nogmaals in zijn commentaar op Johannes 6:65, waar de nadruk valt op het woord ‘gegeven’ in plaats van ’trekken’ (vergelijk met Joh. 6:44).
Lees meer over Calvijn en de vrije wil.
Je kunt dus volgens Calvijn alleen geloven als God het geloof geeft. Calvijn werkt dit verder uit in de leer van de uitverkiezing. Alleen de mensen die God in de eeuwigheid heeft uitverkoren, ontvangen in hun leven het geloof. Door wedergeboorte verandert dan hun wil en gaan ze geloven. Betekent dit dat we moeten wachten tot die wedergeboorte plaatsvindt? Mogen we pas in Jezus geloven als we merken dat we wedergeboren zijn en dus bij de uitverkorenen horen?
Nee, Calvijn waarschuwt nadrukkelijk dat we ons niet met de uitverkiezing moeten bezighouden. In zijn commentaar op Johannes 6:40 zegt hij dat we de zaligheid verkrijgen langs de weg van gehoorzaamheid aan het Evangelie van Christus. Wie niet met Christus tevreden is, maar nieuwsgierig naar de eeuwige verkiezing vraagt, probeert zalig te worden buiten de raad van God om (want die raad is: gehoorzaamheid aan het Evangelie van Christus). De verkiezing is verborgen en geheim, zegt Calvijn, en het is dwaas om in het doolhof van de uitverkiezing te willen zoeken. Doe je dat toch, dan loop je vast en haal je een ondoordringbaar diepe duisternis over je heen (zie Institutie 3.24.4).
Er is maar één kenmerk waardoor je kunt weten dat je uitverkoren bent: het geloof in Christus. Dat geloof is volgens Calvijn een overvloedig bewijs van je verkiezing. Hij noemt het heiligschennis als we dieper willen zoeken dan het eenvoudige getuigenis van de Heilige Geest. Ik laat Calvijn zelf aan het woord: ‘Christus is dus de spiegel waarin wij onze verkiezing moeten en ook, zonder gevaar van bedrogen te worden, mogen zien. (…) Het is daarom zeker een overtuigend en onomstotelijk bewijs dat wij in het boek des levens geschreven zijn, als wij gemeenschap met Christus hebben’ (Institutie 3.24.5).
In de vorige blogpost hebben we gezien hoe Luther preekte. Bij Calvijn zien we dezelfde elementen terugkomen. Hij verstopt de uitverkiezing niet, maar wijst zijn luisteraars vooral op het vrije Evangelie. Volgens Calvijn moeten we in de prediking niet beginnen bij de uitverkiezing, maar bij wat God in het Evangelie heeft geopenbaard. Hij legt uit:
Ik zend de mensen in geen geval naar Gods verborgen verkiezing om vandaar hun heil begerig te verwachten, maar ik beveel hen rechtstreeks naar Christus te gaan, in Wie ons het heil is voorgesteld, dat anders in God verborgen zou blijven… Wij moeten allerminst beginnen bij wat God voor de schepping der wereld over ons bepaald heeft maar bij hetgeen ons van Zijn vaderlijke liefde in Christus is geopenbaard en bij hetgeen Christus Zelf ons door het Evangelie dagelijks predikt.Johannes Calvijn, Gods eeuwige predestinatie, vol. VIII, Calvin Opera (Baum, Cunitz, Reuss, 1863), 306; Geciteerd in: J. van Genderen, ‘Calvijns dogmatisch werk’, in Zicht op Calvijn (Amsterdam: Buijten & Schipperheijn, 1965), 40
Ik zend de mensen in geen geval naar Gods verborgen verkiezing om vandaar hun heil begerig te verwachten, maar ik beveel hen rechtstreeks naar Christus te gaan, in Wie ons het heil is voorgesteld, dat anders in God verborgen zou blijven… Wij moeten allerminst beginnen bij wat God voor de schepping der wereld over ons bepaald heeft maar bij hetgeen ons van Zijn vaderlijke liefde in Christus is geopenbaard en bij hetgeen Christus Zelf ons door het Evangelie dagelijks predikt.
Johannes Calvijn, Gods eeuwige predestinatie, vol. VIII, Calvin Opera (Baum, Cunitz, Reuss, 1863), 306; Geciteerd in: J. van Genderen, ‘Calvijns dogmatisch werk’, in Zicht op Calvijn (Amsterdam: Buijten & Schipperheijn, 1965), 40
Voor Calvijn is het geloof onlosmakelijk verbonden met het Woord van God, de Bijbel. Daarin komt God naar ons toe. Calvijn zegt: als we een preek horen, is het als het ware alsof de Heere Jezus Zelf voor ons staat, in de kleding van Zijn Evangelie (Institutie 3.2.6). In zijn Bijbelcommentaar op Hebreeën 9:20 gaat Calvijn zelfs nog verder: wanneer de stem van de prediker klinkt en het Evangelie wordt gepredikt, druppelt het heilige bloed van Christus op de gemeente.
Als we dat beseffen, zullen we dan niet ijveriger en met meer eerbied luisteren? Durf je dit bloed te negeren?
Mooi, goed leesbaar.. Dank hiervoor!
Ha Johan, Dank voor je blog.
Wat eerder al een nieuw inzicht voor mij was is dat de uitverkiezing niet aan ons is maar aan God èn we dus niet op Zijn plaats moeten gaan staan. (Wat we snel doen). En nu dat de 5 sola’s naast elkaar staan. Het ene sluit het andere niet uit. Bedankt!! 🙂
Halleluja!
Prachtig! Gezond bijbels onderwijs in heldere taal.
Mijn naam, e-mail en site opslaan in deze browser voor de volgende keer wanneer ik een reactie plaats.
Ik meld mij aan voor de nieuwsbrief zodat ik op de hoogte wordt gehouden van nieuwe artikelen
Δ
Schrijf je in voor de nieuwsbrief en krijg een e-mail als er nieuwe artikelen zijn.
Het digitale boek op deze website bevat een diepgaande studie naar de historische discussies over het aanbod van genade. Ik laat zien hoe theologen sinds de Reformatie aankijken tegen het spanningsveld tussen Gods soevereiniteit en de menselijke verantwoordelijkheid. Daarnaast bespreek ik de verschillende dwalingen rondom dit thema en hoe de gereformeerde theologen hierop gereageerd hebben. Begin met lezen!