Or copy link
In het vorige artikel zagen we hoe Calvijn heel duidelijk wijst op de eenzijdige genade van God. Zalig worden is alleen mogelijk door Gods genade. Wij kunnen daar als mens niets aan bijdragen. Tegelijkertijd waarschuwt Calvijn dat we niet moeten verdwalen in het doolhof van de uitverkiezing. Laten we ons niet bezighouden met de vraag wat God in de eeuwigheid over ons heeft besloten, maar rechtstreeks naar Christus gaan. In de prediking wordt Christus aan alle hoorders aangeboden met de oproep om in Hem te geloven, aldus Calvijn.
In de prediking wordt Gods genade aan iedereen aangeboden, maar alleen de uitverkorenen zullen het aannemen. Is dat aanbod dan wel eerlijk? Er wordt mij iets heel moois voorgehouden, maar ik kan het niet zelf aannemen. Voel je hoe je met deze vragen het doolhof van de uitverkiezing weer inloopt? Zullen we eens kijken hoe Calvijn hiermee omgaat?
Vooraf is het belangrijk om te beseffen dat we met ons menselijk verstand God nooit volledig kunnen begrijpen. Laten we dat accepteren en eenvoudig vasthouden aan wat we in de Bijbel lezen, zonder te proberen daar een logisch sluitend denksysteem van te maken. Hoe Calvijn hiermee omgaat, zien we in zijn Bijbelcommentaar. Ik wil er twee Bijbelteksten uitlichten.
Als eerste Ezechiël 18:23. Hier zegt de Heere dat Hij liever heeft dat goddelozen zich bekeren en leven dan dat ze goddeloos sterven en dus verloren gaan. Maar als God iedereen oproept zich te bekeren, is er dan geen uitverkiezing? Calvijn antwoordt dat Ezechiël hier niet spreekt van Gods verborgen wil, maar van Gods geopenbaarde wil. Gods geopenbaarde wil is dat Hij de behoudenis van ieder mens wil. Toch weten we dat God de goddelozen verdoemt. Calvijn legt uit dat God maar één wil heeft, maar dat wij als mensen niet kunnen begrijpen hoe Gods verborgen besluit (de uitverkiezing) kan samengaan met Zijn geopenbaarde wil (God wil dat we ons bekeren en leven). Pas in de hemel zullen we dat begrijpen.
Een andere plaats waar we duidelijk zien hoe Calvijn met Gods geopenbaarde wil omgaat, is 2 Petrus 3:9. Ik laat Calvijn aan het woord:
Niet willende, dat enigen verloren gaan. Dit is een wonderbare liefde tot het menselijke geslacht, dat Hij ze allen wil zalig hebben, en gereed is ter zaligheid op te nemen, die moedwillig verloren gaan. Doch deze orde is wel op te merken, dat God bereid is allen tot boetvaardigheid te ontvangen, opdat niemand verloren ga: want met deze woorden wordt aangewezen het middel om zaligheid te verkrijgen. Hierom, wie van ons naar zijn zaligheid staat, dat hij leert deze weg in te gaan. Maar hier kon men vragen: zo God niet wil dat iemand verloren ga, waarom gaan daar zovelen verloren? Ik antwoord, dat hier niet gesproken wordt van den verborgen raad Gods, waarbij de verworpenen tot hun verderf geordineerd zijn, maar alleen van den wil, die ons in het Evangelie geopenbaard wordt. Want daar biedt God de hand een iegelijk zonder onderscheid. Doch Hij grijpt alleen die aan, en leidt ze tot Zich, welke Hij vóór de schepping der wereld verkoren heeft. Ook brengt het woord dat Petrus gebruikt zoveel mede, dat God wil dat allen, die tevoren verwoest en verstrooid waren, te zamen tot bekering komen.
Niet willende, dat enigen verloren gaan. Dit is een wonderbare liefde tot het menselijke geslacht, dat Hij ze allen wil zalig hebben, en gereed is ter zaligheid op te nemen, die moedwillig verloren gaan. Doch deze orde is wel op te merken, dat God bereid is allen tot boetvaardigheid te ontvangen, opdat niemand verloren ga: want met deze woorden wordt aangewezen het middel om zaligheid te verkrijgen. Hierom, wie van ons naar zijn zaligheid staat, dat hij leert deze weg in te gaan.
Maar hier kon men vragen: zo God niet wil dat iemand verloren ga, waarom gaan daar zovelen verloren? Ik antwoord, dat hier niet gesproken wordt van den verborgen raad Gods, waarbij de verworpenen tot hun verderf geordineerd zijn, maar alleen van den wil, die ons in het Evangelie geopenbaard wordt. Want daar biedt God de hand een iegelijk zonder onderscheid. Doch Hij grijpt alleen die aan, en leidt ze tot Zich, welke Hij vóór de schepping der wereld verkoren heeft. Ook brengt het woord dat Petrus gebruikt zoveel mede, dat God wil dat allen, die tevoren verwoest en verstrooid waren, te zamen tot bekering komen.
De boodschap voor ons is: redeneer niet over de verborgen besluiten van God, maar richt je op Zijn wonderlijke liefde. God heeft in de Bijbel bekendgemaakt dat Hij niet wil dat je verloren gaat, maar dat je je bekeert en gelooft in Zijn Zoon, de Heere Jezus!
Wat betekent dit voor de prediking van Calvijn? In het boek op deze website schrijf ik uitgebreider over het aanbod van genade in de geschriften en prediking van Calvijn. De kernpunten daaruit zijn:
We zien dus bij Calvijn heel duidelijk twee van de drie kernwoorden van een Bijbels aanbod van genade terugkomen. Het kernwoord ‘onvoorwaardelijk’ werd pas later in de strijd met het neonomianisme belangrijk.
Met bovenstaande kernpunten leg ik uit hoe Calvijn de verhouding tussen de uitverkiezing en het aanbod van genade ziet. Ik wil je er opnieuw voor waarschuwen om niet het doolhof van de uitverkiezing in te lopen. Luister niet naar het stemmetje in je hoofd dat zegt: zie je wel, God schenkt niet iedereen het geloof, dus wat kan ik eraan doen?
Richt je op wat God in Zijn Evangelie zegt. Zie hoe Hij nodigt, Zijn genade aanbiedt en aandringt, ondanks dat wij zo vaak geen interesse hebben. In een preek over Jesaja 55:1-2 wijst Calvijn erop dat we bij gebrek aan geestelijk voedsel zo weinig moeite doen om eten te zoeken, terwijl we in geval van lichamelijke honger vanzelf naar voedsel op zoek gaan. Wat is het dan de goedheid van God, zegt Calvijn, dat Hij toch tot ons spreekt!
En hoewel Hij ziet hoe dom wij zijn, spoort Hij ons des te meer aan om bij Hem te vinden al wat ons ontbreekt. Hoewel Hij ziet dat wij er als het ware van walgen, tracht Hij onze eetlust op te wekken. Hoewel Hij onze traagheid en luiheid ziet, prikkelt Hij ons en geeft ons als het ware de sporen, opdat wij haast zullen maken.
Calvijn geeft zijn hoorders geen rust. Niemand kan zich verontschuldigen en zorgeloos naar huis gaan. Nee, met ernst en aandrang wijst hij al zijn hoorders op de noodzaak om Christus te zoeken. Zie Zijn rijkdom! Geloof dat Hij niemand wegstuurt die tot Hem komt (Joh. 6:37)! Hij opent Zijn armen wijd en toont ons Zijn vrijgevigheid. Aan het slot van deze preek zet Calvijn Christus centraal en moedigt hij de gemeente aan tot Hem te gaan:
Vast staat, dat wij hier ernstig vermaand worden om bij Hem te komen zoeken alles wat ons ontbreekt. En – om een lang verhaal kort te maken – Hij stelt Christus voor ons centraal, Hij die de bron is van al het goede, opdat wij in Hem zullen vinden wat wij nodig hebben. En zoals Hij eenmaal uitgesproken heeft toen Hij in deze wereld verkeerde, dat al wie tot Hem komt verzadigd zal worden, en ook dat stromen van levend water uit zijn binnenste zullen vloeien.
Lees de hele preek van Calvijn hier .
Genade groot, oneindig groot!
Mijn naam, e-mail en site opslaan in deze browser voor de volgende keer wanneer ik een reactie plaats.
Ik meld mij aan voor de nieuwsbrief zodat ik op de hoogte wordt gehouden van nieuwe artikelen
Δ
Schrijf je in voor de nieuwsbrief en krijg een e-mail als er nieuwe artikelen zijn.
Het digitale boek op deze website bevat een diepgaande studie naar de historische discussies over het aanbod van genade. Ik laat zien hoe theologen sinds de Reformatie aankijken tegen het spanningsveld tussen Gods soevereiniteit en de menselijke verantwoordelijkheid. Daarnaast bespreek ik de verschillende dwalingen rondom dit thema en hoe de gereformeerde theologen hierop gereageerd hebben. Begin met lezen!