Waarom wordt de genade aangeboden?Waarom wordt er een aanbod van genade gedaan aan zondaren? Als God alle mensen dit aanbod doet, wil Hij dan dat iedereen zalig wordt? Dit brengt ons bij het derde kernwoord van het aanbod van genade: welmenend.Het welmenend aanbod van genadeGod meent het als Hij ons door Zijn Evangelie roept. Hij doet ons een eerlijk, gemeend aanbod dat we niet naast ons neer mogen leggen. Iedereen die op deze nodiging ingaat en tot Christus komt, zal ontdekken dat Hij niemand uitwerpt (Joh. 6:37). De Dordtse Leerregels zeggen het heel mooi en kernachtig in artikel III/VI.8:Doch zovelen als er door het Evangelie geroepen worden, die worden ernstiglijk geroepen. Want God betoont ernstiglijk en waarachtiglijk in Zijn Woord wat Hem aangenaam is, namelijk dat de geroepenen tot Hem komen. Hij belooft ook met ernst allen die tot Hem komen, en geloven, de rust der zielen en het eeuwige leven. [1]Dordtse Leerregels III/IV.8 .Ds. Kersten schrijft over het welmenend aanbod van genade in zijn Korte lessen over Kort Begrip. Hij noemt dit de uitwendige roeping:De uitwendige roeping komt tot allen, die het Woord horen. Zij roept tot bekering; zij nodigt tot de zaligheid; zij biedt verloren zondaren Christus aan. God Zelf nodigt daardoor de zondaar en Hij zendt Zijn knechten, die met heilige ernst en getrouwheid, alsof God door hen bade, bidden van Christus’ wege: Laat u met God verzoenen (2 Kor. 5:20). [2]G.H. Kersten, Korte lessen over Kort Begrip (Utrecht: Uitgeverij De Banier, 2004), 124.De uitverkiezing en het welmenend aanbod van genadeDs. Kersten benadrukt dat de inwendige roeping, het werk van de Heilige Geest, nodig is om het zaligmakende geloof daadwerkelijk te ontvangen. Dit roept de vraag op: hoe kan God iedereen welgemeend de zaligheid aanbieden als Hij niet iedereen heeft uitverkoren? Ds. Kersten antwoordt:Dat kan, omdat Gods eer boven onze zaligheid staat. De Heere zoekt Zijn eer, ook door de prediking van het Woord. Hij zal verheerlijkt worden in degenen, die verloren gaan, zowel als in degenen, die behouden worden. Zo zegt Paulus in beide een goede reuk Christi te zijn. Dezen wel een reuk des doods ten dode, maar genen een reuk des levens ten leven (2 Kor. 2:15-16). [3]Kersten, 125.Ds. Kersten laat het welmenend aanbod van genade dus staan en zoekt de verklaring voor de schijnbare tegenstrijdigheid met de uitverkiezing in Gods eer, die boven onze zaligheid staat. Ds. C. Harinck acht dit antwoord niet volledig. Hij zegt: ‘Natuurlijk staat Gods eer boven onze zaligheid, maar het antwoord had beter kunnen zijn het antwoord van doctor John Owen: de dienaar moet zich daar niet in mengen, hij moet de uitkomst aan God overlaten.’ [4]C. Harinck, Lezing over het aanbod van genade (Houten, 2009), 01:06:19 tot 01:07:03. We mogen op basis van deze tekst evenmin concluderen dat het Evangelie zelf de dood veroorzaakt. Kanttekening 31 bij 2 Korinthe 2:16 zegt:Dat is, die dodelijk is en hun den dood toebrengt. Niet dat het Evangelie uit zijn natuur iemand den dood toebrengt, want het is een dienst des levens, 2 Kor. 3:6-7, en een kracht Gods ter zaligheid allen die geloven, Rom. 1:16, maar omdat degenen die ongelovig zijn, door hun eigen moedwilligheid, zich daartegen stellen, en alzo Gods zwaarder oordeel over zich trekken. Zie Joh. 3:36, 1 Petr. 2:7-8.Het probleem zit dus niet in het welgemeende Evangelieaanbod, maar in het moedwillige ongeloof van sommige hoorders.Ga niet redeneren, maar laat de Bijbelse waarheden staanCalvijn bevestigt in zijn uitleg bij 2 Korinthe 2:15 de uitspraak van ds. Kersten dat Gods eer zowel wordt bevorderd in degenen die worden behouden als in degenen die verloren gaan. [5]Johannes Calvijn, 2 Korinthe, Ongewijzigde fotografische herdruk in zestien delen, Verklaring van de Bijbel (Kampen: Uitgeverij De Groot Goudriaan, 2004), 318. Maar op andere plaatsen in zijn Bijbelcommentaar benoemt Calvijn dat dit niet het volledige antwoord is, zoals ds. C. Harinck ook aangeeft. We moeten niet gaan redeneren over het welmenend aanbod van genade in relatie tot de uitverkiezing. Calvijn zegt in zijn commentaar op Ezechiël 18:23 het volgende:Vraagt men nu of er dan geen verkiezing in God is, als Hij toch allen roept, dan is het antwoord, dat de profeet hier niet spreekt van Gods verborgen wil, maar van de geopenbaarde. En zegt men dan dat er zo verdeeldheid in God wordt gebracht, dan is het antwoord, dat God altijd hetzelfde wil, maar op verschillende wijzen, en zo, dat wij het niet doorzien. Gods wil is eenvoudig, maar voor onze waarneming is er verschil in. En dat is niet vreemd, dat dat oneindige Licht onze ogen verblindt, zodat wij niet recht kunnen onderscheiden hoe God aller behoudenis wil, en toch de goddelozen verdoemt. Wij zien nu door een spiegel in een duistere rede, maar laat ons met de mate van ons verstand tevreden zijn. Als wij aan God gelijk zullen zijn, dan zullen we zien van aangezicht tot aangezicht. [6]Johannes Calvijn, Ezechiël, Ongewijzigde fotografische herdruk in zestien delen, Verklaring van de Bijbel (Kampen: Uitgeverij De Groot Goudriaan, 2004), 520.Ons menselijk verstand kan niet begrijpen hoe de welmenende nodiging van het Evangelie (Gods geopenbaarde wil) en de uitverkiezing (Zijn verborgen besluit) bij elkaar passen. Deze twee waarheden moeten we naast elkaar laten staan. We zullen het pas goed kunnen begrijpen wanneer we God mogen zien van aangezicht tot aangezicht. Op grond van deze uitspraak van Calvijn heb ik ds. C. Harinck meerdere keren heel kernachtig horen zeggen: we moeten het redeneren over deze twee waarheden overlaten voor de theologie van de aanschouwing. In de volgende hoofdstukken zullen we zien hoe andere gereformeerde theologen deze schijnbare tegenstrijdigheid tussen de uitverkiezing en het aanbod van genade proberen op te lossen.Geen logisch denksysteemWe moeten eraan vasthouden dat God eerlijk is. ‘Dit is een getrouw woord en alle aanneming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om de zondaren zalig te maken, van welke ik de voornaamste ben’ (1 Tim. 1:15). Tegelijk moeten we dus niet gaan redeneren om er een logisch denksysteem van te maken, want dan kunnen we in schadelijke uitersten vervallen. [7]C. Harinck, De prediking van het Evangelie – het aanbod van genade (Houten: Den Hertog, 2002), 26.Aan het ene uiterste staan de remonstranten, die zeggen dat predikanten het Evangelie alleen welmenend aan iedereen kunnen verkondigen met een algemene verzoeningsleer. Het is afhankelijk van de vrije wilsbeschikking van de mens of hij deel krijgt aan het Evangelie of niet. Aan het andere uiterste staan de hypercalvinisten, die zeggen dat God de zaligheid niet voor iedereen heeft bedoeld en dat predikanten het Evangelie dus niet aan iedereen op dezelfde manier kunnen verkondigen. Ze mogen Christus en Zijn heil alleen aanbieden aan de uitverkorenen, dus aan de mensen die de merktekenen van Gods verkiezing vertonen. In beide gevallen volgen we niet de Bijbel en de gereformeerde theologie, maar creëren we een eigen denksysteem omdat we deze waarheid voor ons menselijk verstand kloppend willen krijgen.Paulus preekte met aandrangWe mogen dus prediken vanuit de algenoegzaamheid [8]Dordtse Leerregels II.3. van Christus’ verzoening, waarin er redding en rechtvaardiging is voor ieder die in Jezus gelooft. Paulus preekt het Evangelie niet door slechts de weg van de zaligheid mee te delen en te eindigen met de vrome wens dat God het nog eens zou mogen toepassen aan het hart. [9]C. Harinck, ‘Het aanbod van genade’, Daniël, 12 april 1985, (digitale versie). Namens Christus smeekt hij zijn luisteraars zich met God te laten verzoenen (2 Kor. 5:20). Hij beweegt de mensen tot het geloof, gedrongen door de schrik van de Heere (2 Kor. 5:11). Paulus roept iedereen toe dat ze zalig zullen worden als ze de Naam des Heeren aanroepen (Rom. 10:13). Maar hij is ook eerlijk over de harde werkelijkheid dat niet iedereen het Evangelie gehoorzaam is (Rom. 10:16) en dat God Zijn handen heeft uitgestrekt tot een ongehoorzaam en tegensprekend volk (Rom. 10:21).Dat het aanbod van genade welmenend is, betekent dus dat God het meent als Hij Christus als beschikbare Zaligmaker aan iedereen aanbiedt, en dat Hij niemand die tot Hem komt, zal weigeren of terugsturen.Nu ik de drie kernwoorden heb besproken, is het tijd voor een samenvattend overzicht van het algemeen, onvoorwaardelijk, welmenend aanbod van genade. Voetnoten (9) Tagged:Logisch denksysteemPredikingUitverkiezingWelmenend aanbod Vorige Aan welke voorwaarden moet je voldoen om dit aanbod te krijgen? Volgende Het algemeen, onvoorwaardelijk, welmenend aanbod van genade